Boechari Boek 4

Volume 1, Boek 4, Nummer 139:

Abbaas bak Tamim vermeldt:

Mijn oom vroeg de apostel van Allah over een persoon die van mening was dat hij winden liet tijdens het bidden. De apostel van Allah antwoordde: “Hij moet niet ophouden met bidden totdat hij een geluid hoort of iets ruikt.”

Volume 1, Boek 4, Nummer 145:

Ibn ‘Abbaas vermeldt:

De profeet ging eens een toilet binnen en ik plaatste water voor zijn reiniging. Hij vroeg: “Wie heeft dat daar neergezet?” Hij werd daarover ingelicht en hij zei: “O Allah! Maak hem (Ibn 'Abbaas) een geleerde wetenschapper in de godsdienst (de islam).“

Volume 1, Boek 4, Nummer 149:

‘Aïsja vermeldt:

De profeet zei tegen zijn vrouwen: “Jullie mogen naar buiten gaan om je behoefte te doen.”

Volume 1, Boek 4, Nummer 150:

Abdullah bak ‘Oemar vermeldt:

Ik ging op naar het dak van Hafsa’s huis voor het één of andere en zag de apostel van Allah zijn behoefte doen met het gezicht naar Sham (Syrië, Jordanië, Palestina en Libanon waren toen één land) en met zijn rug naar de Qibla. (gebedsrichting) (Zie hadith nr. 147).

Volume 1, Boek 4, Nummer 159:

Ibn ‘Abbaas vermeldt:

De profeet deed de reiniging door zijn lichaamsdelen slechts één keer te wassen.

Volume 1, Boek 4, Nummer 160:

Abdoellah bak Zaid vermeldt:

De profeet deed de reiniging door zijn lichaamsdelen twee keer te wassen.

Volume 1, Boek 4, Nummer 162:

Verteld door Aboe Hoeraira:

De Profeet zei: “Wie rituele wassing verricht moet zijn neus schoonmaken door water uit te snuiven en vervolgens zijn neusgaten uit te blazen, en wie zijn schaamdelen reinigt moet dat met een oneven aantal stenen doen.”

Volume 1, Boek 4, Nummer 171:

Verteld door Ibn Sirrn:

Ik zei tot ‘Abida: “Ik heb haar van de Profeet dat ik kreeg van Anas of van zijn familie.” ‘Abida antwoordde: “Geen twijfel als ik een enkel haar daarvan had zou het mij liever zijn dan de hele wereld en wat erop is.”

Volume 1, Boek 4, Nummer 172:

Verteld door Anas:

Toen Allah’s Apostel zijn hoof gescheerd kreeg, was Aboe- Talha de eerste om enkele van zijn haar te nemen.

Volume 1, Boek 4, Nummer 233:

‘Aïsja vermeldt:

Gewoonlijk waste ik het sperma uit de kleren van de profeet en zelfs daarna vond ik nog één of meerdere vlekken.

Volume 1, Boek 4, Nummer 234:

Verteld door Aboe Qilaba:

Anas zei: “Enkele mensen van de ‘Oekl of ‘Oeraina stam kwamen naar Medina maar het klimaat van Medina paste ze niet. Daarom gaf de profeet ze opdracht om naar een kudde van Milch kamelen te gaan en hun melk en urine te drinken (als medicijn). Zij gingen, zoals hen bevolen was, en nadat ze waren hersteld doodden ze de herder van de profeet en dreven alle kamelen weg. Het nieuws bereikte de profeet en hij zond mannen in achtervolging en ze werden gevangengenomen en opgebracht omstreeks het middaguur. Hij gaf toen de opdracht hun handen en voeten af te hakken (en dat werd uitgevoerd) en hun ogen werden uitgebrand met gloeiend ijzer, ze werden in ‘Al Harra’ achtergelaten en toen ze om water vroegen werd ze geen water verstrekt. Aboe Qilaba zei: “Deze mensen maakten zich schuldig aan diefstal en moord, werden ongelovigen nadat ze zich tot de islam hadden bekeerd en voerden oorlog tegen Allah en zijn Apostel.”


Volume 1, Boek 4, Nummer 238:

Verteld door Aboe Hoeraira:

De Profeet zei: “Een wond die een moslim krijgt in Allah’s zaak zal verschijnen op de Dag van de Opstanding zoals het was op het moment van de verwonding; bloed zal stromen van de wond en de kleur zal zijn van die van bloed maar het zal ruiken als muskus.”

 

Volume 1, boek 4, Nummer 242:

Anas vermeldt:

De profeet spuwde eens op zijn kleren.



Boechari index